Avondoverweging

Kun je terugroepen wat je voelde

Terughalen wat je bedoelde

Vanochtend bij het besmeren

En om en om keren

Van je boterham

 

Zo heftig is het nu niet meer

Ik zag je de hele dag weer

Ik zag je liefde, felheid, zorg

Ik zag hoe je me het liefst verborg

In jouw veiligheid

Balen

Onzekerheid loert

Baaldag?

 

Ook weer geroerd

Inhaalslag?

 

Laat maar komen

Haal je niets in je hoofd

Zorg dat het je niet van het goede berooft

 

Ik mis je

Ik zie je

Ik ruik je

Ik voel je niet

 

Ik voel je

Ik beleef je

Ik raak je niet

 

Tranen vermengen

Tranen vermengen niet

 

Jouw lach, jouw liefde

Mijn lach, mijn liefde

Samen verdriet

 

A58

Je zit voor het raam

De A58 snelt voorbij

Molen “De twee gebroeders” draait

De stad, de silo’s van Sensus

De lichtmasten van RBC

En ik? Ik zit ermee

 

Een standaardontbijt

Twee sneetjes bruin, één wit

Plakje kaas, plakje worst, kuipje jam

Kuipje margarine, koffie, bestek

Het is opeens zo snel gegaan

Realiseer ik me ontdaan

 

In gedachten zie ik mijn gezin

Ik voel dat ze aan me denken

Toch ben ik nu alleen

Emotie golft omhoog

Alles omvat ik met één blik

Snel nu! Slik

 

Mijn emoties zijn echt

Die horen bij het gevecht

Dat we nu moeten voeren

Voor mijn gezondheid

Wij zijn er voor elkaar

We spelen het vast klaar

 

Ontbijt

Ontbijt

Emotietijd

 

Boterham smeren

Slikken, tranen keren

 

Hoe lang heb ik dat nodig?

 

Frustratie en zorg

Die ik niet meer verborg

Niet meer verbergen kan

 

Vannacht: woorden kwamen en gingen

Meestal over zaken die samenhingen

Maar ook steeds weer de vraag om kracht

Help ons uit onze onmacht!

 

Besef

Ik lig. Het is stil op de gang.

Ik ben even wakker; weet niet hoelang.

 

Ik voel een brok in mijn keel,

Neen, het is nog niet veel.

 

Waar komt die nu vandaan?

Er is toch niets aan voorafgegaan?

 

Langzaam zak ik weer weg.

Het bed ligt wel lekker, zeg!

 

Kleuren en vormen trekken voorbij.

Ik voel weer zo’n snik diep in mij.

 

Nu dringt het toch wel door,

Wat ik diep van binnen hoor.

 

Je bent door het oog van de naald gekropen.

Verlamming heeft je beslopen.

Die lijkt nu wel gekeerd,

Maar het gevaar is nog niet afgeweerd.

 

Kamer 23

Vrijdagavond is niet overgekomen

Op welke kamer ik werd opgenomen.

Een bed, liggen, was mijn enige gedachte.

Verder geen idee, wat ik verwachtte.

 

Sindsdien is die kamer mijn kleine huis,

Deel van een gang in het ziekenhuis.

Een gang, die ik niet alleen mag betreden,

Want lopen zonder steun moet worden vermeden.

 

Rustpunt, start voor douche en toilet.

Is die vrij of is die bezet?

Vertrek- en eindpunt van de rit naar het bestralingsinstituut.

Ruimte voor iedere welbestede minuut.

 

Samen met Olga emoties delen.

Samen slikken soms onze kelen

Hele brokken weg

En lachen ook weer, zeg.

 

Goede dagen met onze kinderen.

De verzorgsters begrijpen, willen niet hinderen.

Het besef groeit: we zijn met zijn al

En drieëntwintig is ons geluksgetal.